🇬🇧
🗂️ Summary
Samenvatting
Je gebruikt de ‘tegenwoordige tijd’ om over het heden te praten. Dit heet officieel de ‘onvoltooid tegenwoordige tijd’ of ‘OTT’.
In het Nederlands worden werkwoorden verbogen voor het onderwerp (persoon). De vorm verandert een beetje.
| hele werkwoord: denken | stam: denk | vervoeging | |
|---|---|---|---|
| ik | [stam] | denk | |
| enkelvoud |
jij / u hij / zij / het |
[stam] + t | denkt |
| meervoud |
wij jullie zij |
[hele werkwoord] | denken |
Voor veranderingen in spelling, ga naar onderwerp 7.6 ‘Sound stability’.
Sommige werkwoorden zijn onregelmatig.
Hier is een overzicht.
| zijn | hebben | komen | willen | kunnen | moeten | mogen | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| ik | ben | heb | kom | wil | kan | moet | mag |
| jij | bent | hebt | komt | wil / wilt | kan / kunt | moet | mag |
| hij/zij | is | heeft | komt | wil | kan | moet | mag |
| wij | zijn | hebben | komen | willen | kunnen | moeten | mogen |
| jullie | willen | kunnen | moeten |
Help us improve your experience!
Study smarter!Dutch lessons, courses and learning materials for busy expats.
|
