π¬π§
3.3 π Inductive rules
Inductieve regels
Je hebt natuurlijk veel meer getallen nodig dan 10 (tien). Anders kun je niet veel zeggen. Dus we moeten grotere getallen leren.Β Β
Laten we starten met de getallen tussen tien (10) en twintig (20).
Kijk eens naar de tabel.
Uit welke woorden bestaan de namen van de getallen?
Scroll naar rechts voor meerΒ
π¬π§ Scroll right for moreΒ
π³π± NL | π¬π§ EN | 11 | elf | eleven |
---|---|---|
12 | twaalf | twelve |
13 | dertien | thirteen |
14 | veertien | fourteen |
15 | vijftien | fifteen |
16 | zestien | sixteen |
17 | zeventien | seventeen |
18 | achttien | eighteen |
19 | negentien | nineteen |
π¬π§
Voor getallen tussen tien en twintig hebben we een simpele regel:
5 vijf
10 tien
15 vijftien
π¬π§
Maar let op! Sommige getallen zijn onregelmatig.Β
Kijk maar naar elf (11) en twaalf (12). Die hebben geen βtienβ en geen βeenβ of βtweeβ.Β
Dertien (13) en veertien (14) zijn ook een beetje onregelmatig. De βdrieβ is nu βderβ. En de βvierβ is nu βveerβ.Β
π¬π§
Het Nederlands is hier niet superraar. Want in andere talen gebeurt dit vaak ook.
Kijk maar naar de Engelse getallen βeleven, twelve, thirteenβ.
Of de Franse getallen βonze, douze, treize, quatorzeβ.Β
π¬π§
De volgorde van getallen in het Nederlands is hetzelfde als in het Duits.